In de eerste jaarhelft van 2024 steeg het middellang absenteïsme tot 2,53% en langdurig absenteïsme tot 3,36% m.a.w. op een gemiddelde werkdag was 2,53% van de werknemers tussen een maand en een jaar ziek afwezig en 3,36% sinds langer dan een jaar.
Bij 25-34-jarigen ligt het middellang absenteïsme op 2,13% (+26% vs. 2022) en het langdurig absenteïsme op 0,75% (+42% vs. 2022).
Bij 55-59-jarigen daalde het middellang absenteïsme tot 3,3% (-11% vs. 2022).
Zowel het middellang als het langdurig absenteïsme – afwezigheden van werknemers door ziekte of privéongeval – in ons land steeg in de eerste helft van 2024 verder tot recordhoogtes. Dat blijkt uit analyse van de loongegevens van ruim 164.000 werknemers in België door HR-dienstverlener Securex. Het middellang absenteïsme (ziekteafwezigheid van een maand tot een jaar) steeg in de eerste jaarhelft van 2024 met 8% ten opzichte van de eerste jaarhelft van 2023 (van 2,35% naar 2,53%). Ten opzichte van de eerste jaarhelft van 2022 (2,29%) gaat het zelfs om een toename van 10%. Het langdurig absenteïsme (ziekteafwezigheid langer dan een jaar) nam sinds de eerste jaarhelft van 2022 toe met 7% (van 3,13% naar 3,36%). Securex stelt vooral bij jongere werknemers en arbeiders een opvallende stijging van ziekteverzuim vast.